Geen duidelijke plannen voor 40 procent van opbrengsten leenstelsel

24 juni 2020
Beeld:

Daniël Rommens | Een demonstratie tegen het leenstelsel in 2018

Geplaatst door
Yvonne van de Meent
Op
24 juni 2020

Studenten hebben in 2015 hun basisbeurs ingeleverd, in ruil daarvoor zouden zij beter onderwijs krijgen. Maar wordt de 2,5 miljard euro die tot 2024 vrijkomt daar ook aan besteed? Uit onderzoek van Folia en HvanA blijkt dat een op de drie universiteiten en hogescholen nog geen goed plan heeft.

Vierduizend docenten erbij, kleinere groepen, meer contacturen en intensievere begeleiding. Het afschaffen van de basisbeurs in 2015 was pijnlijk, maar studenten zouden er beter onderwijs voor terugkrijgen. Of de 2,5 miljard euro die tot 2024 vrijkomt ook aan de beloofde onderwijsverbeteringen wordt uitgegeven, staat na vijf basisbeursloze jaren nog steeds niet vast.

Dit ga je lezen

– Bijna de helft van de hogescholen en één universiteit moeten een nieuw plan maken waarin staat hoe ze de basisbeursmiljoenen inzetten voor beter onderwijs
– Ook de vijf grootste hogescholen, waaronder de HvA, moeten hun huiswerk overdoen
– Vanaf volgend jaar zouden alleen instellingen met een goedgekeurd bestedingsplan hun deel van de basisbeursmiljoenen krijgen
– Minister van Engelshoven wil instellingen zonder goedgekeurd plan volgend jaar toch laten meedelen
– Of dat geld in intensiever en kleinschaliger onderwijs wordt gestoken zoals studenten is beloofd, is dan niet te achterhalen

Een op de drie universiteiten en hogescholen heeft namelijk nog geen goedgekeurd bestedingsplan. Daardoor is de bestemming van veertig procent van de basisbeursgelden nog niet duidelijk, blijkt uit onderzoek van Folia. Vandaag debatteert minister Van Engelshoven met de Tweede Kamer over de basisbeursgelden.

 

Om te voorkomen dat de basisbeursmiljoenen gebruikt worden om gaten in de begroting te dichten of de reserves te spekken, is in 2018 afgesproken dat elke universiteit en hogeschool een kwaliteitsplan zou opstellen waarin duidelijk staat waaraan zij het extra geld willen uitgeven en hoe dat bijdraagt aan beter onderwijs.

 

Bij het maken van die keuzes moeten studenten en docenten in medezeggenschapsraden worden betrokken. De Nederlands Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO) die de kwaliteit van alle opleidingen in het hoger onderwijs keurt, beoordeelt of de plannen uitvoerbaar en controleerbaar zijn. Maar de minister neemt uiteindelijk het besluit over de kwaliteitsbekostiging.

Minstens zeventien instellingen moeten hun huiswerk overdoen

Vanaf volgend jaar krijgen universiteiten en hogescholen hun deel van het basisbeursgeld alleen als hun kwaliteitsplan is goedgekeurd. Minister Van Engelshoven wil de instellingen nog een jaar de tijd geven.  

 

Zeventien herkansers

Als alles volgens plan was verlopen, had het grootste deel van de universiteiten en hogescholen nu al zo’n realistisch en controleerbaar kwaliteitsplan gehad. Maar uit documenten die de minister begin deze maand naar de Tweede Kamer stuurde, blijkt dat minstens zeventien instellingen hun huiswerk moeten overdoen: Tilburg University en maar liefst zestien van 36 hogescholen, waaronder de vijf grootste: ook de HvA dus.Voor sommige hogescholen geldt dat de plannen al positief zijn beoordeeld door de NVAO. De minister moet echter nog wel een positief besluit nemen naar aanleiding van die adviezen.

 

Uit de NVAO-rapporten blijkt dat kwaliteitsplannen worden afgekeurd omdat het instellingen niet lukt hun verbeteringsplannen te vertalen in concrete acties. Veel hogescholen willen meer docenten aannemen, maar dat doel is te vaag, vinden de controleurs. Zij willen weten hoe die extra docenten het onderwijs gaan verbeteren. In alle afgekeurde plannen ontbreekt een begroting voor meerdere jaren die concreet laat zien wat er met het basisbeursgeld gebeurt.

Dat is precies het probleem waarop de Algemene Rekenkamer stuitte bij het onderzoek naar de zogenoemde voorinvesteringen. In 2018 beloofden hogescholen en universiteiten alvast zelf extra te investeren in het onderwijs, vooruitlopend op het vrijkomen van de eerste basisbeursmiljoenen.Hoewel studenten al vanaf 2015 geen basisbeurs meer kregen, kwam het geld dat daardoor overbleef pas in 2018 vrij voor investeringen in het onderwijs. Dit komt doordat studenten die in 2015 begonnen met studeren op zijn vroegst vanaf 2018 hun studieschuld gingen terugbetalen aan DUO. Tussen 2015 en 2017 zouden zij gezamenlijk 600 miljoen euro vrijmaken uit hun eigen reserves zodat studenten die geen basisbeurs meer kregen, toch konden profiteren van beter onderwijs.

 

De instellingen zeggen zelf dat ze 860 miljoen euro hebben vrijgemaakt, veel meer dan beloofd. Maar de Rekenkameronderzoekers konden maar van 280 miljoen euro met zekerheid zeggen dat het echt om een extra investering ging en niet om geld dat sowieso al uitgegeven zou worden. Oorzaak: veel instellingen hadden vooraf geen helder plan gemaakt waarin ze aangaven waar ze de extra miljoenen aan zouden besteden.

Beeld: Daniël Rommens | Minister van Engelshoven tijdens een werkbezoek op de HvA

Tijdnood

Bij de besteding van de basisbeursmiljoenen zou dat echt anders gaan, beloofde minister Van Engelshoven meerdere malen tijdens het Kamerdebat over het Rekenkamerrapport. Als de instellingen zich in hun kwaliteitsplan niet aan de gemaakte afspraken houden, krijgen ze een jaar de tijd om hun plan te verbeteren. Als ze het daarna nog niet goed doen, krijgen ze minder basisbeursmiddelen, waarschuwde ze.

 

Maar de tijd om alle zeventien instellingen een jaar te geven om hun kwaliteitsplan te verbeteren, ontbreekt inmiddels. Door het onverwachte grote aantal negatieve beoordelingen en de onderhandelingen die erop volgen is er sprake van filevorming en vertraging.

Over het onderzoek

Dit artikel is gebaseerd op documenten over kwaliteitsafspraken die sinds 2016 naar de Tweede Kamer zijn gestuurd, verslagen van Kamerdebatten, beoordelingen van kwaliteitsplannen door de NVAO, de besluiten van de minister over kwaliteitsplannen die zijn gepubliceerd op de site Kwaliteitsafspraken Hoger Onderwijs en achtergrondgesprekken met tientallen betrokkenen. De productie is mede mogelijk gemaakt door het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek en de medewerking van verschillende universiteits- en hogeschoolmedia.

 

Het lukt niet meer om alle herkansingen op tijd tot een goed einde te brengen. Maar veertig procent van het geld niet uitkeren terwijl er door de corona-maatregelen toch al financiële problemen dreigen, is ook geen optie. Als het aan Van Engelshoven ligt, krijgen hogescholen en universiteiten die nog geen goedgekeurd kwaliteitsplan hebben volgend jaar toch hun aandeel van de 385 miljoen euro die voor 2021 klaar ligt.

 

De corona-epidemie komt daarbij van pas. ‘Door de crisis in verband met COVID-19 hebben instellingen meer tijd nodig om hun kwaliteitsplan af te ronden omdat zij momenteel andere prioriteiten hebben zoals het organiseren van digitaal onderwijs,’ schrijft zij aan de Tweede Kamer.

 

Als de minister haar zin krijgt is eind volgend jaar de bijna 1 miljard euro basisbeursgeld die sinds 2018 is vrijgekomen verdeeld, terwijl een derde van de kwaliteitsplannen nog niet op orde is. Of die honderden miljoenen aan intensiever en kleinschaliger onderwijs zijn besteed, is dan niet meer te achterhalen.