Julia juicht – en kwam zwetend en hijgend voor het eerst weer de klas in
Vanuit Noord-Brabant gaat Julia Kroonen (19) voor het tweede jaar naar de HvA om te studeren. Grote stad, lange treinreis en een door corona beperkt studentenleven; Julia schrijft het allemaal op. Deze week staat ze grootse angsten uit tijdens het traplopen op de campus.
Vandaag mocht ik eindelijk mijn nieuwe klasgenoten ontmoeten. Ik had namelijk fysiek les op de HvA. Ik liep met mijn nieuwe medestudenten het Benno Premselahuis binnen en zag dat we geen gebruik mochten maken van de lift. En dat terwijl ik op de vijfde verdieping les had. Na een jaar niet gesport te hebben, moest ik dus minimaal driehonderd treden gaan trotseren.
Misschien was het omdat ik zo schrok van mijn eigen slechte conditie, maar ik heb letterlijk niemand horen hijgen op de trap. Het was daarom echt de bedoeling dat niemand zou horen dat ik na drie treden al bekaf was, want dan stond ik echt voor schut. Helaas was dat nog knap lastig, aangezien ik naar de vijfde verdieping moest. Je bent dan toch wel even onderweg, waardoor je automatisch met elkaar gaat praten. Gezellig, maar dat gehijg van mij kon ik dus nauwelijks onderdrukken. De paniek op de trap was groot, maar uit ervaring weet ik dat de échte klap pas komt als je boven bent. Dan merk je namelijk pas echt hoe zwaar die treden waren.
Terwijl ik gestrest mijn ademhaling onder controle probeerde te krijgen, moest ik me dus ook mentaal voorbereiden op het moment dat ik bovenaan de trap zou zijn. Ik zag het al helemaal voor me: dat stoffen mondkapje dat ik op had mocht ik niet afdoen, dus die zou ik zowat inademen tijdens het bijkomen van de tocht. Wat een vreselijke eerste indruk. En als ik straks in de les zit, zal de docent vast vragen hoe het met ons gaat. Ik vind het echt leuk om mijn medestudenten te ontmoeten, maar ik moet toch toegeven dat deze trapervaring één grote hel was. Daar komt nog bovenop dat ik zo zenuwachtig was dat ik me de hele ochtend eigenlijk alleen maar gestrest heb gevoeld. Welk cijfer ik deze dag zou geven? Een dikke vette 3. Maar ja, dat zeg je natuurlijk niet hardop.
Een paracetamol zat er helaas niet in. Deze strijd moest ik helemaal op eigen kracht zien te overleven
De laatste treden kwamen in zicht. De band van mijn zware, overvolle tas sneed in mijn schouder. Hoewel ik normaal gesproken naar mijn telefoon grijp, voelde ik nu of ik mijn literfles water niet onderweg verloren was. Mijn literfles bevat allemaal leuke klepjes waar je dingen in kunt stoppen, maar een paracetamol zat er helaas niet in. Deze strijd moest ik helemaal op eigen kracht zien te overleven. Met mijn bezwete hoofd stapte ik op de laatste trede. Het is me gelukt!
De les begon gelukkig al snel, omdat de docent al in het lokaal zat. Hierdoor konden mijn medestudenten het beeld van mij als zwetende student op de trap snel vergeten. Mooi! Ik dronk in één keer mijn hele waterfles leeg en verheugde me op het moment dat ik weer naar huis mocht gaan. Dan mocht ik namelijk met de trap naar beneden, wat mijn conditie wél aankan. Misschien dat ik mijn eerste indruk zo een beetje recht kon trekken.