‘Staan deze docenten dan met een commercieel belang voor de klas?’

6 november 2024
Beeld:

Rosa Tromp | Jessica Singh

Geplaatst door
Jessica Singh
Op
6 november 2024

Van student in de collegebanken tot medewerker aan de HvA: Jessica Singh schrijft columns over de hogeschool die ze van twee kanten heeft leren kennen. Deze keer merkt ze dat docenten soms producten aan hun studenten slijten en vraagt ze zich af of je dat wel moet willen.

Bij ons in de winkel verkopen we allerlei spullen voor studenten, maar soms liggen er ook producten van medewerkers tussen. Laatst viel ons op dat een bepaald spel wel érg hard ging. Nieuwsgierig als we zijn, vroegen we studenten hoe dat kwam.

 

Wat bleek? Het werd door docenten zelf aanbevolen als ‘handig voor het tentamen en de studievoortgang.’ Ja, dan begrijpen we het wel: als dat spel ze helpt de minor te halen, raak je natuurlijk snel getriggerd het te kopen.

Zorg dat de band tussen student en docent er een van vertrouwen blijft, niet een klant-verkoperrelatie

Maar daar begint ook mijn vraag: de opbrengst gaat volledig naar de docenten die deze leermiddelen ontwikkelen. Worden deze studenten nu niet opgedrongen iets te kopen, terwijl het geld rechtstreeks naar hun eigen docenten gaat? Staan deze docenten dan niet met een commercieel belang voor de klas?

 

Aan de andere kant moet je deze docenten misschien juist dankbaar zijn dat ze überhaupt materiaal ontwikkelen dat studenten kan helpen. Ik snap ook goed dat docenten die extra tijd steken in studiemateriaal daar best iets voor terug mogen zien. Het ontwikkelen van een goed leermiddel kost soms veel tijd, onderzoek en ook geld. Docenten zien juist van dichtbij wat er nog mist in een studie, en als ze een leermiddel kunnen creëren wat echt iets toevoegt, waarom zouden studenten er dan niet voor betalen?

 

Bovendien, sommige docenten stoppen dat verdiende geld terug in hun onderzoek of methode-ontwikkeling, en daar hebben studenten op de lange termijn ook weer profijt van. Maar toch voelt het ook een beetje verkeerd, wat wie houdt hier toezicht op? Studenten betalen al collegegeld en worden vaak opgezadeld met dure boeken, licenties, noem maar op. Als ze dan ook nog moeten betalen voor een product wat wordt aanbevolen in de les omdat het nuttig is ‘voor het tentamen’, dan is dat weer een extra uitgave. Als elke docent dit zou doen dan is het hek natuurlijk van de dam.

‘Ja, het is niet per se verplicht, maar het was wel nodig voor het tentamen, dus ik koop het maar’

Het is vooral de dubbele rol die niet goed voelt. Als docent heb je invloed op de leerstof en de tentamens. Maar als je vervolgens ook degene bent die boeken of andere leermiddelen verkoopt die je zelf belangrijk vindt, voelt dat voor mij al snel als een commercieel belang. Studenten willen geen risico nemen en kopen het maar gewoon, ook als ze het misschien niet eens echt nodig hebben.

 

Tijdens de gesprekken bij ons in de store rekent iemand toch een aanzienlijk hoog bedrag af en de antwoorden op onze vragen zijn vaag: ‘Ja, het is niet per se verplicht, maar het was wel nodig voor het tentamen, dus ik koop het maar.’ De grens tussen ‘aanbevolen’ en ‘verplicht’ kan heel vaag in het hoofd zijn van een student die toch al gestrest is.

 

Binnen de HvA zijn er geen richtlijnen voor dit soort situaties, ik vind dat deze er toch moeten komen. Ik heb waardering voor docenten die hun tijd stoppen in het ontwikkelen van leermiddelen, maar dit moet wel op een eerlijke manier gebeuren. Onderzoek of de HvA nuttige middelen ook subsidiëren waardoor de verkoopprijs aan de studenten vervolgens lager wordt. Hierdoor zorg je dat de band tussen docenten en studenten er een van vertrouwen blijft, en niet verandert in een klant-verkoperrelatie.