‘Hoe groter je kennis van taal, hoe groter je toekomst’
Jacob Eikelboom is naast overtuigd twijfelaar ook docent bij de opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening. Elke twee weken schrijft hij een column voor HvanA over het verwarrende leven op en rond de hogeschool. Deze keer over taal, ‘het wondermiddel in de strijd voor emancipatie.’
De toetsen van blok 1 zijn achter de rug. Eén van de toetsen die mijn eerstejaarsstudenten in het eerste blok maken? Een taaltoets. Even alles opfrissen wat je eigenlijk al hoort te weten over taalvaardigheid, om op die kennis de rest van je opleiding en werk te kunnen leunen.
Er is een groep studenten die opvallend goed scoort voor deze toets. Nieuwkomers, studenten die nog niet zo lang in Nederland wonen en de taal pas op latere leeftijd hebben geleerd. De regels zitten bij hen nog vers in het geheugen, dat is waar, maar het is vooral de motivatie om verder te komen in studie, werk en leven wat de relatief hoge score bepaalt. Als geen ander lijken zij te weten dat taal alles is, en dat alles taal is. Taal is het wondermiddel in de strijd voor vooruitgang, emancipatie en kansengelijkheid.
Hoe groter je woordenschat, hoe sneller je een tekst, college of video snapt. Hoe meer keuze in woorden, hoe makkelijker je uit kan leggen wat je bedoelt, wil of kan. Hoe groter je taalvaardigheid, hoe eenvoudiger je sociale contacten legt en daarmee de toegang tot stage en werk vergroot. En daar heb je niet alleen de kennis van taalregels voor nodig, maar ook kennis van de fijne kneepjes, het gebruik, de nuances in toon en context.
Praat gerust Engels, maar weet ook hoe je de Nederlandse variant gebruikt
Juist daarom ben ik soms een taalzeur. Aan de lopende band geef ik gevraagd en ongevraagd feedback op hoe studenten zich mondeling en schriftelijk uitdrukken. Ja, ik vermijd dus zoveel mogelijk populair Engels taalgebruik in mijn lessen.
Awkward, cringe, corny, shady? Ongemakkelijk, gênant, oubollig en obscuur zijn mooie woorden die toch echt hetzelfde uitdrukken. Ik moedig mijn studenten aan hun Nederlandse woordenschat blijvend te vergroten. Gebruik gerust de Engelse begrippen, maar weet ook hoe je de Nederlands variant gebruikt. Want, hoe groter je woordenschat, hoe groter je toekomst.
Hoe groot die toekomst kan zijn, laat demissionair minister van onderwijs, Mariëlle Paul, zien. Zij hamert niet alleen op het belang van taal als middel tot succesvol onderwijs en gelijke kansen, ze is er zelf het toonbeeld van. Ze houdt zich aan de regel praktiseer wat je predikt, eh… practice what you preach.
‘Ik sprak nog geen Nederlands toen ik naar school ging, vertelde Paul deze zomer in een interview. ‘Mijn ouders waren arbeidsmigranten en kwamen in de jaren zestig vanuit Pakistan hierheen. Met behulp van mijn moeder leerde ik Nederlands. Een beetje aan de hand van liedjes en sprookjesboeken. Wanneer je het dan zoveel jaar later schopt tot onderwijsminister, dan raakt me dat.” Ik snap wel dat haar moeder moest huilen toen ze haar vertelde dat ze minister werd.
Veel studenten die nog niet lang in Nederland wonen scoren hoger in taal en gaan er reflectiever mee om
Dat taal en onderwijs bijdragen aan het vergroten van kansen in samenleving, bewijst ook Dilan Yeşilgöz, demissionair minister van justitie en veiligheid. Ze was acht jaar toen ze naar Nederland kwam. Ook zij noemt altijd de rol van onderwijs en taal, als er naar haar leven en werk wordt gevraagd. Nu maakt mevrouw Yeşilgöz kans om minister-president te worden. Als eerste vrouw en als eerste Nederlander met een vluchtelingachtergrond. Wat je politiek ook van haar vindt, een groter voorbeeld van kansengelijkheid is niet denkbaar.
Ik zie dat geloof in vooruitgang, de wil om vooruit te komen en de trots waar je als nieuwe Nederlander toe is staat bent ook bij sommige van mijn studenten die nog niet zo lang in Nederland wonen. Ze scoren niet alleen vaak beter voor taaltoetsen, ze stellen vaker nieuwsgierige vragen over taalgebruik, over taalkwesties, betekenisverschillen en over taalnuances. Ze gaan reflectiever om met taal. Het ingrediënt om verder te komen in je persoonlijke en professionele leven.
Ik wens alle studenten de talige wilskracht, daadkracht en nieuwsgierigheid toe die nieuwkomers hebben om het beste uit jezelf te halen. Minister-president worden als ambitie hoeft niet per se, leg de lat gerust lager. Minister worden mag ook.